door Michael Delbeke
Hoera, België is weer een jaartje ouder! Op 21 juli viert ons land haar nationale feestdag. Over het hele land vinden er festiviteiten plaats om te herdenken dat Leopold I op 21 juli 1831 de eed aflegde als eerste koning der Belgen. Maar 21 juli was niet van meet af aan onze nationale feestdag…
Om de oorsprong van onze nationale feestdag te begrijpen, moeten we even terugkeren naar 1830. België scheurde zich toen los van Nederland, maar dat gebeurde niet zonder bloedvergieten. Vier dagen lang waren er schermutselingen tussen de Belgen en de Nederlanders, en pas in de nacht van 26 op 27 september 1830 besloot het leger van koning Willem I om België op te geven. Om de honderden gesneuvelde Belgen te herdenken, riep men reeds in 1831 de Glorieuze Septemberfeesten in het leven: elk jaar vierde België van 23 tot 26 september feest om terug te denken aan de overwinning op het Nederlandse leger.
De tijd heelde echter alle wonden, en bij de vijftigste verjaardag van België in 1880 waren de relaties tussen beide Lage Landen niet meer zo onhartelijk als een halve eeuw eerder. Koning Leopold II besloot een nieuwe datum te zoeken voor de nationale feesten, kwestie van ze niet meer zo anti-Nederlands te doen overkomen. Voortaan sprak men over de Augustusfeesten: 16 augustus werd de officiële nationale feestdag. De bevolking vond deze beslissing echter maar niets: in augustus was er immers geen historische gebeurtenis om te herdenken. Na amper tien jaar werden de Augustusfeesten dan ook afgevoerd. Bij de keuze van een nieuwe nationale feestdag werd er ditmaal niet lukraak een datum gekozen maar wel een datum met een historische betekenis… jawel, 21 juli, de dag van de eedaflegging van Leopold I in 1831. Een traditie die inmiddels standhoudt sinds 1890.